Elk kind krijgt in zijn leven te maken met tegenslag of stress en moet vaardigheden ontwikkelen om daarmee om te gaan. Daar heb je emotionele veerkracht voor nodig. Om emotionele veerkracht te kunnen ontwikkelen, is het belangrijk dat je kind de volgende dingen leert:
- gevoelens herkennen, begrijpen en accepteren
- gevoelens op een goede manier kunnen uiten.
Als ouder kun je deze vaardigheden aanmoedigen en begeleiden gedurende de ontwikkeling van je kind.
Gevoelens herkennen en accepteren
Hoe ouder kinderen worden, des te beter kinderen in staat zijn om gevoelens te herkennen en onder woorden te brengen. Ze gaan hun eigen gevoel begrijpen en ook dat van een ander. Kinderen leren hoe ze hun gevoel onder woorden kunnen brengen. Ieder kind maakt in zijn eigen tempo deze groei door. Ze gaan hun gevoel herkennen, begrijpen en accepteren.
Het is belangrijk dat je kind de verschillende gevoelens accepteert. En accepteert dat gevoelens niet altijd hetzelfde zijn. Het is onmogelijk om je kind overal voor te beschermen, dat zou ook niet goed zijn. Je kunt je kind niet beschermen tegen elke tegenslag of opwinding. Laat je kind merken dat het gewoon is om verschillende gevoelens te hebben.
Praat met je kind over verschillende gevoelens en over hoe je die herkent, bij jezelf en bij anderen. Leg uit waar die gevoelens vandaan komen.
Toon je eigen emoties. Kinderen leren veel over gevoelens door naar het gezicht van hun ouders te kijken. Door te kijken naar verschillende gezichtsuitdrukkingen kunnen kinderen leren wat die betekenen. Bijvoorbeeld: een glimlach hoort bij een blij gevoel.
Praat met je kind over eigen gevoelens. Vertel over je eigen gevoel, waar jij blij van wordt.
Gevoelens op de juiste manier kunnen uiten
Kinderen moeten leren wat ongeschikte manieren zijn om je gevoel te uiten. Ze moeten leren, dat je niet gaat knuffelen met iemand die je niet kent. Ze moeten ook leren dat je zelfbeheersing verliezen, gillen, slaan of schelden geen acceptabele manier is van met elkaar om gaan.
Help je kind bij het praten over gevoel.
- Vraag je kind hoe hij zich voelt als er iets gebeurt.
- Wanneer je kind begint te vertellen over eigen ervaringen of gevoelens, stop dan je bezigheden en luister goed.
- Vat samen wat je kind vertelt.
- Bepaal niet voor je kind hoe hij zich moeten voelen. Probeer de gevoelens van je kind te bevestigen.
- Leen samen kinderen boeken over blije en akelige gebeurtenissen. Praat er samen met je kind over.
- Beloon goede manier van gevoelens uiten.
- Grijp in bij verkeerde manieren van gevoelens uiten.
- Erken dat je kind van streek is en benoem zijn gevoel. “Ik zie je dat erg teleurgesteld bent…”
- Zeg dat je kind moet ophouden met het gedrag dat hij/zij laat zien. Leg kort uit waarom en vertel wat hij/zij wel moet doen.
- Als het ongewenste gedrag niet stopt, verbind er dan een consequentie aan.
Om te onthouden:
- Goed met gevoelens kunnen omgaan is belangrijk voor geluk, welbevinden en succes in het leven.
- Help je kind om gevoelens te herkennen, te begrijpen en te accepteren.
- Stimuleer je kind om gevoelens op een goede manier te uiten.
- Help je kind een positieve kijk op het leven te ontwikkelen.
- Leer je kind vaardigheden om situaties zelf te kunnen hanteren.
- Help je kind te leren omgaan met negatieve gevoelens en stressvolle gebeurtenissen in zijn leven.
Bron: Triple P (Positive Parenting Program)